Dodengang weer ingehuldigd

Defensie
Defensie, het Koninklijk Legermuseum en het agentschap Waterwegen en Zeekanaal sloegen de handen in elkaar om het domein grondig te renoveren.
Defensie, het Koninklijk Legermuseum en het agentschap Waterwegen en Zeekanaal sloegen de handen in elkaar om het domein grondig te renoveren.

In Diksmuide werden de Dodengang en zijn museum recent gerestaureerd. Ze werden opnieuw ingehuldigd op woensdag 28 augustus 2014, in aanwezigheid van een vertegenwoordiger van de Defensieminister, de burgemeester van Diksmuide en de directeurs van het Koninklijk Legermuseum.

De Dodengang is het laatste overblijfsel van het Belgische front tijdens de Eerste Wereldoorlog. Vele soldaten raakten hier gewond of kwamen om tijdens de gevechten in de loopgraven. Defensie wilde daarom nogmaals eer betuigen aan die mannen die voor onze vrijheid hebben gevochten.

Het terrein was lange tijd eigendom van de Koninklijke Touring Club van België. Na jaren van verwaarlozing kwam het onder voogdij van Defensie, dat besliste om het grondig te restaureren. Ter gelegenheid van de herdenkingen rond honderd jaar Groote Oorlog sloegen het Koninklijk Legermuseum, Defensie en het agentschap Waterwegen en Zeekanaal de handen in elkaar om deze buitengewone plek in een nieuw kleedje te steken.

Bovenop de vele werken aan de Dodengang, zoals de aanleg van een Duitse bunker om te tonen hoe dicht de vijand wel zat, werd ook het museum volledig heraangelegd en herdacht. “Defensie leverde een belangrijke financiële bijdrage in de renovatie, maar niet alleen op dat vlak”, vertelt Christine Van Everbroeck, codirecteur van het Koninklijk Legermuseum. “De kazerne van Ieper heeft ons bijvoorbeeld enorm veel materieel bezorgd. De werken hebben jaren geduurd, maar we zijn heel tevreden over het resultaat en zijn dan ook erg trots dat we vandaag het domein aan het grote publiek kunnen voorstellen.”

Bezoek ook eens deze plaats, doordrenkt met geschiedenis en emoties. Meer hierover vind je op de site van het Koninklijk Legermuseum.